Borstvoeding baby

Volle borsten

Wanneer kan ik overvolle borsten verwachten?
– Tijdens de kraamweek
– Als je al een tijdje aan het voeden bent

Waardoor wordt stuwing veroorzaakt?

Tips om overvolle borsten te voorkomen

Tips om overvolle borsten te behandelen

Waarom is voeden op verzoek zo belangrijk?

Tips om je babytje te helpen met aanhappen aan de borst

Tips bij borst weigeren bij overvolle borsten

Langdurig overvolle borsten


Wanneer kan ik overvolle borsten verwachten?

Tijdens de kraamweek

De eerste dagen na de geboorte produceren je borsten heel speciale melk, de “pasgeborene-melk” of colostrum. Colostrum wordt aangemaakt in zeer kleine hoeveelheden. Het maagje van je babytje is in het begin immers maar heel klein. Op dag 1 niet groter dan een knikkertje en op dag 4 ongeveer zo groot als een stevige moederknikker. De melkhoeveelheden worden dus langzaamaan groter. En het maagje van je kleintje groeit mee.

Maaginhoud van baby die borstvoeding krijgt

De maaginhoud van een pasgeboren babytje is niet groter dan een knikker (5-7ml), na tien dagen is de maag gegroeid tot een ei (60-80ml), na een jaar is ze zo groot als een appel (150ml) en op kleuterleeftijd als een pompelmoes (250ml). Het is dus belangrijk om je kindje vaak kleine beetjes voeding te geven. De maag kan gewoon niet meer aan… Geef je grotere porties, dan vergroot je de kans op reflux en op het onnatuurlijk uitrekken van het babymaagje.

  • Het maag- en darmstelstel van je liefje is na de geboorte nog niet gewend aan het verteren van voeding. En zal daar langzaamaan aan moeten wennen. Vandaar dat colostrum slechts in kleine beetjes wordt aangemaakt en licht verteerbaar is.
  • Je borsten blijven die eerste dagen nog zacht en soepel. Zo krijgen jij en je kleintje enkele dagen de tijd om te oefenen aan de borst.

Maak je dus geen zorgen dat je babytje niet veel melk binnenkrijgt. Dat is normaal tijdens die eerste dagen. Je liefje is zelfs met een kleine vetreserve geboren. Zo krijgen jullie rustig de tijd om elkaar te leren kennen en het drinken aan de borst te oefenen tijdens die eerste dagen. Maak je je toch ongerust over je melkproductie of over je babytje, bel dan even met een lactatiekundige.

Meer informatie over voedingen en gewicht tijdens de kraamweek

borstvoeding lactatiekundige

Zo rond dag 3 of 4 krijgen de meeste vrouwen last van stuwing. Je borsten zijn opgezet. Voelen zwaarder aan. En zijn gevoelig. Je aders zijn duidelijker zichtbaar. Soms heb je zelfs last van verhoging of hoofdpijn. Dat betekent dat de productie van rijpere moedermelk op gang komt. Je borsten zitten duidelijk vol melk. Pijnlijk vol soms.

Het maagje van je babytje past zich langzaam aan je grotere melkproductie aan. Op dag 10 zal het maagje van je liefje ongeveer zo groot zijn als een ei. Na een week tot 10 dagen maak je dan ook grotere hoeveelheden melk aan. En voelen je borsten duidelijk voller aan vlak voor een voeding in vergelijking met erna.

Als je al een tijdje aan het voeden bent

Ook na de kraamweek kan je last krijgen van overvolle borsten, bijvoorbeeld vlak nadat je kindje een of enkele dagen (veel) vaker bij je heeft gedronken en je borsten plots meer melk gaan aanmaken. Die volle borsten zijn dan helemaal niet erg. Door je kindje aan te leggen op zijn vraag en eventueel iets vaker (op jouw verzoek dan) als je borsten erg vol aanvoelen, stemt de productie zich vanzelf weer af op de nieuwe vraag.

Als je te snel gaat afbouwen, kan je ook last krijgen van overvolle borsten. Om dat op te lossen kan je tijdelijk enkele dagen weer wat vaker gaan voeden of kolven, totdat de ergste volheid achter de rug is. Zo blijft de melk stromen en voorkom je verstopte melkkanaaltjes. Als je borsten weer soepel aanvoelen, kan je weer verder gaan met afbouwen. Vervang je één borstvoeding per week ongeveer door kunstvoeding of vaste voeding, dan bouw je geleidelijk aan af. Ga je sneller afbouwen dan dat, dan heb je meer kans op overvolle borsten en verstopte melkkanaaltjes.

Ook als de vaste voeding “te goed” loopt en er opeens veel meer tijd tussen twee borstvoedingen komt te zitten, kan je last krijgen van overvolle borsten. De bijvoeding even terugschroeven en weer wat vaker de borst aanbieden voorkomt dan het ergste ongemak.

Waardoor worden overvolle borsten veroorzaakt?

  • Niet voldoende leeg drinken van de borst, bijvoorbeeld omdat je babytje niet zelf de duur van de voedingen kan bepalen, maar te snel van de borst gehaald wordt. Of omdat je kindje niet voldoende borstweefsel mee in de mond neemt en enkel op de tepel zuigt. Dat kan gebeuren als je vaak een fopspeentje of een flesje geeft. Je baby leert dan een andere zuigtechniek, waarbij hij enkel op de tepel gaat zuigen.
  • Te veel tijd tussen twee voedingen, bijvoorbeeld omdat er een flesje tussendoor wordt gegeven en je niet kolft op datzelfde moment. Omdat je kindje onverwachts gaat doorslapen en er daardoor meer tijd komt tussen de nachtvoedingen. Of omdat je aan het afbouwen bent of vaste voeding gestart bent.

Tips om overvolle borsten te voorkomen

  • Laat je kleintje zelf de duur van de voedingen bepalen. En haal hem niet te snel van de borst. Gebruik eventueel borstcompressie om de voedingstijd te verkorten.
  • Leg je kindje vaak aan de borst. Vooral tijdens de kraamweek natuurlijk, maar ook nog de weken erna!
  • Maak een slaperige pasgeborene die weinig aankomt in gewicht, wakker voor de voedingen.
  • Bied altijd beide borsten aan. Zo kan je kindje zelf kiezen of ie één of twee borsten wil drinken. Wil je een borst per voeding gaan geven, overleg dan eerst even met een lactatiekundige.
  • Voed op verzoek. Je hebt minder last van overvolle borsten als je borsten regelmatig “leeg” gedronken worden.
  • Sla geen voedingen of kolfbeurten over. Stel ze ook niet uit.
  • Ben je tijdelijk gescheiden van je kleintje, ga dan kolven.
  • Ga geen borstvoeding combineren met kunstvoeding, tenzij op medisch advies van de kinderarts en onder begeleiding van een lactatiekundige.
  • Introduceer vaste voeding slechts geleidelijk. Tijdens het eerste levensjaar zal vaste voeding de borstvoeding niet gaan vervangen, maar komt die bovenop de borstvoeding afkolvenborstvoeding als bij-voeding.

Overvolle borsten behandelen

  • Laat je kleintje zelf de duur van de voedingen bepalen. En haal hem niet eerder van de borst. Gebruik eventueel borstcompressie om de voedingstijd te verkorten.
  • Leg je kindje vaak aan de borst. Vooral tijdens de kraamweek natuurlijk, maar ook nog de weken erna!
  • Als je borsten nog pijnlijk gespannen aanvoelen na de voeding, raadpleeg dan een lactatiekundige.
  • Leg warme kompressen op je borsten vlak voor de voeding. Of neem een warme douche. Dat zet de melkkanaaltjes open. En bevordert de doorstroming van de melk. Als je vlak na de warmtebehandeling gaat voeden of kolven, worden je borsten het makkelijkst geleegd. Ga je borsten zeker niet masseren onder de warme douche ná het voeden. Want dat stimuleert de melkproductie extra. Een koud kompres vlak na het voeden kan dan weer wel helpen om de pijn te verlichten.
  • Heb je vaak last van koude handen, warm dan je handen even op voordat je gaat voeden of kolven. En leg tijdens het voeden of kolven een warme hand op de pijnlijke plek van je overvolle borst. Dat bevordert de doorstroming van je melk.
  • Verlicht de pijn en verminder de zwelling met koude kompressen na het voeden. Maar gebruik geen koude kompressen vlak voor het voeden. Die vertragen de toeschietreflex. En beperk het gebruik van koude kompressen tot eenmalige, korte periodes tussen twee voedingen in.
  • Draag een passende bh, die niet afknelt.  Bij overvolle borsten kan je je bh ook tijdelijk vervangen door een sporttopje of rekbaar shirtje.

Nog meer tips bij overvolle borsten

Waarom is voeden op verzoek zo belangrijk?

  • Je hebt minder last van overvolle borsten als ze regelmatig “leeg” gedronken worden. Vandaar dat je best voedt wanneer je kindje daar om vraagt, je je kleintje zelf de duur van de voedingen laat bepalen en je bij elke voeding beide borsten aanbiedt.
  • Bij overvolle borsten is de verhouding voormelk ten opzichte van de laatste melk groot. Hierdoor komt je kleintje soms niet aan de vetrijkste laatste melk toe. Die achterste melk is echter nodig voor het vlot lopen van de spijsvertering en voorkomt krampjes en braken. Bovendien heeft een kindje  voldoende calorierijke achtermelk nodig om optimaal te kunnen groeien.
  • Babytjes die gevoed worden op de klok gaan onrustiger drinken aan de borst. Omdat ze grotere honger hebben. Als je als mama dan ook nog eens last hebt van overvolle borsten (door het uitstellen van de voeding), heb je ook meer kans op tepelkloofjes. Bij een overvolle borst is het immers moeilijker aanhappen voor je liefje en dat kan kleine wondjes veroorzaken.

borstvoeding lactatiekundige

Heb jij overvolle borsten en je kindje moeite met aanhappen aan de borst?

  • Maak je tepelhof zachter door met je vingertoppen een minuut lang tegen je tepelhof te drukken, vlak naast je tepel. (zie foto hoger: RPS) Verplaats na 30-60sec je vingertoppen. En druk opnieuw een minuut lang tegen je tepelhof. Herhaal dit enkele keren. En leg vlak daarna je liefje aan. Met deze techniek maak je je tepelhof minder gespannen en soepeler. (zie foto) Zo kan je kleintje makkelijker aanhappen. Deze methode heet Reverse Pressure Softening of RPS. Ze werkt het best tijdens de kraamweek en de eerste weken daarna.
  • Een alternatief van bovenstaande techniek is om niet je vingertoppen, maar om de binnenkant van je je vlakke volledige vingers te gebruiken, links en rechts aan beide kanten van je tepel.

Reverse Pressure Softening (RPS)

  • Voed liggend op je rug. Of zittend op schoot (zie foto’s). Zo werkt de zwaartekracht tegen. En krijgt je kleintje minder melk tegelijk binnen.
  • Als je kleintje onrustig wordt, haal hem dan even van de borst. En vang die eerste spuitmelk op met een doekje. Stopt de melkstroom, dan kan je je kleintje weer aanleggen.
  • Pauzeer af en toe tijdens het voeden. Hou je kleintje even rechtop. Laat hem even rusten en boeren. En leg hem daarna weer aan.
  • Wacht niet te lang vooraleer opnieuw te voeden. Een kleintje dat lang heeft moeten wachten op zijn eten valt hongerig aan op de borst. Wat een sterke toeschietreflex, en dus ook verslikken en moeilijker aanhappen kan bevorderen.
  • Ga niet op eigen houtje experimenteren met blokvoeden. Daarmee kelder je je melkproductie. En soms zijn overvolle borsten niet het gevolg van te veel melk, maar van een onvoldoende legen van de borsten. Bijvoorbeeld door een foute aanlegtechniek of een ander probleem. Laat dat eerst uitsluiten door een lactatiekundige vooraleer je start met blokvoeden.

Gaat je kleintje de borst weigeren?

Probeer de tips van hierboven.

Algemene tips bij borstweigeren:

  • Voed al wandelend of al wiegend. Of probeer eens een schommelstoel of een hangmat uit.
  • Misschien wil je kleintje wel drinken in een andere voedingshouding. Al zittend bij je op schoot of terwijl jij op je rug ligt bijvoorbeeld.
  • Probeer je kleintje eens slapend aan te leggen. Een kindje dat je op de vertrouwde manier in voedhouding vast hebt, vertoont vaak instinctief zoek- en hapgedrag.
  • Leg je kleintje aan als het moe is. Vlak voor het slapengaan. Of net na het ontwaken.
  • Ga je kleintje niet dwingen. Leg hem bij je op je blote borst, maar laat je kindje zelf beslissen of het de borst pakt en wil drinken of niet.
  • Een huilende baby troost je eerst door hem rechtop tussen je (blote) borsten te houden. Als hij gekalmeerd is, zakt hij vanzelf opzij. En gaat snuffelend op zoek naar de borst.
  • Neem je kleintje zo veel mogelijk bij je. Met veel huid-op-huidcontact. Laat je kleintje op je blote borst slapen (zie foto). Ga samen in bad. Draag hem bij je in de draagdoek.
  • Blijf kalm. En vertrouw erop dat het wel goed komt.

Langdurig overvolle borsten

Bij langdurig overvolle borsten kan je kleintje tijdelijk moeite hebben met de vertering van melk. Dat komt omdat hij te veel suikerrijke eerste melk te verwerken krijgt, in verhouding tot de achterste melk.

Je liefje krijgt dan zoveel lactoserijke voormelk te verwerken, dat zijn lijfje onvoldoende lactase kan aanmaken om alle melksuiker (lactose) in jouw melk te kunnen verteren. De vettere laatste melk bij borstvoeding helpt bij de vertering. Maar als je last hebt van te veel melk (hyperlactatie) of van overvolle borsten, dan krijgt je kleintje in verhouding niet voldoende van die achterste melk binnen. Waardoor zijn spijsvertering dus verstoord wordt. Dit is een tijdelijk probleem. Als de stuwing of het te veel aan melk onder controle is, gaat ook dit verteringsprobleem voorbij.

Hier tips bij stuwing en te veel melk

Daarnaast kan het zijn dat je babytje zeer snel en onrustig drinkt. Hij heeft moeite met aanhappen aan de borst. Gaat hoesten, zich verslikken en/of braken tijdens de voeding of erna. Hij heeft veel last van krampjes en winderigheid. Gaat regelmatig ontroostbaar huilen. Heeft waterige en/of schuimende ontlasting die groenig van kleur is, zuur ruikt en soms zelfs nog onverteerde melkresten bevat. Je liefje heeft last van luieruitslag. Heeft heel veel plasluiers. En komt meer dan 300 gram per week aan. Of stijgt net niet of slechts heel weinig in gewicht.

Jijzelf hebt voortdurend het gevoel van volle borsten, ook na de voeding. Je hebt lekkende borsten en een krachtige toeschietreflex. Soms heb je zelfs last van pijnlijke tepels, door het moeilijk aanhappen van je babytje. En/of je hebt frequent last van verstopte melkkanaaltjes en borstontstekingen.

Hoe behandel je langdurig overvolle borsten?

Bij langdurig overvolle borsten raadpleeg je best een lactatiekundige. Zij kan samen met jou op zoek gaan naar de oorzaak van je ongemak. En tips op maat geven.

borstvoeding afkolven

© Borstvoeding Aardig 2024